Bij het ontbreken van een voorafbetaling wordt er een vermeerderingspercentage toegepast op de te betalen belastingen. Dit gemiddelde percentage was voor aanslagjaar 2018 – inkomsten 2017 nl 2,25%. Dit wordt verhoogd naar 6,75% vanaf aanslagjaar 2019 – inkomsten 2018. Vooral de eerste schijf voorafbetalingen in april 2018 zal een groot voordeel opleveren!
Hierbij het voordeel voor de diverse uiterste betaaldata:
Uiterste betaaldatum | Belastingvoordeel | Eenmalige voorafbetaling |
---|---|---|
10.04.2018 (VA1) | 9% | 75% |
10.07.2018 (VA2) | 7,5% | 90% |
10.10.2018 (VA3) | 6% | 112,5% |
20.12.2018 (VA4) | 4,5% | 150% |
Bijvoorbeeld:
• Een bepaalde vennootschap (boekjaar volgt kalenderjaar) moet in principe 10.000 euro vennootschapsbelasting betalen. Hierop wordt in eerste instantie het gemiddeld vermeerderingspercentage van 6,75% op toegepast. Dit geeft een verhoging van 10.000 x6,75%=675 euro. Indien de vennootschap niet vooraf betaalt moet ze dus nadien bij het indienen van de vennootschapsaangifte 10.675 euro vennootschapsbelastingen betalen.
Veronderstel dat de vennootschap in april (VA1) 7.500 euro betaalt. Dan krijgt ze vermindering op de 7.500 euro van 9%= 675 euro. Uiteindelijk zal de vennootschap slechts 10.000 euro betalen in totaal. Dus de verhoging is volledig weggewerkt niettegenstaande er slechts 7.500 vooraf betaald werd.
• Betaalt diezelfde vennootschap dezelfde voorafbetaling van 7.500 slechts op 10 oktober (VA3) dan zal er slechts een vermindering zijn van de verhoging van 7.500 x6%= 450 euro. Er zal dus 675-450=225 euro verhoging betaald moeten worden (10.225 euro) als ze verder niks meer vooraf betaald heeft.
Hoe vroeger u dus vooraf betaalt, hoe minder u moet vooraf betalen om de verhoging te vermijden. Ter verduidelijking als u in april 75% van de uiteindelijk verschuldigde belasting vooraf betaalt , is er geen vermeerdering te betalen. Als u wacht tot december zou u 150% van het verschuldigd bedrag moeten betalen. Dit is uiteraard ook de bedoeling niet. Dus beter in april een substantieel deel betalen, eventueel met bankkrediet.
Voor vennootschappen waarvan het boekjaar niet met het kalenderjaar samenvalt , geldt de nieuwe regeling pas vanaf de boekjaren die starten na 31 december 2017.
Nieuwe vennootschappen worden niet beboet als ze de eerste drie boekjaren niet vooraf betalen.